Welke informatie wordt gedeeld en met wie?
Niet alle informatie die een hulpverlener over een kind of jongere opslaat, registreert en bewaart, wordt gedeeld. Er zijn twee soorten van informatie:
1.Gevoelige informatie
Hulpverleners hebben geheimhoudingsplicht. Wat een kind of jongere in vertrouwen vertelt, mag hij niet zomaar doorvertellen. Hulpverleners zijn gebonden aan het beroepsgeheim. Om hun werk goed te kunnen uitvoeren, moeten zij regelmatig informatie delen met andere hulpverleners. Hierbij gelden een aantal principes en voorwaarden:
- het gaat om het delen van informatie met andere hulpverleners (en dus niet met bv. de politie);
- de informatie moet noodzakelijk zijn voor het bieden van kwaliteitsvolle zorg;
- het delen van informatie moet in het belang zijn van de hulp en van het kind of de jongere;
- de informatie mag enkel gedeeld worden tussen mensen die in eenzelfde mate gebonden zijn aan het beroepsgeheim;
- het kind of de jongere moet bij voorkeur zijn geïnformeerde toestemming geven voordat de informatie wordt gedeeld.
2. Feitelijke gegevens
Binnen de jeugdhulp wordt veel belang gehecht aan continuïteit. Zo is het belangrijk dat hulpverleners de kinderen en jongeren gemakkelijk kunnen bereiken. Daarom worden zijn contactgegevens centraal bewaard. Wanneer een nieuw dossier wordt aangemaakt voor hetzelfde gezin, worden deze gegevens ook voor dit dossier gebruikt. Daarbij bestaat steeds de mogelijkheid om deze gegevens op te vragen en te corrigeren.
Wanneer een hulpverlener een dossier aanmaakt voor een kind of jongere, heeft hij dus misschien al enkele gegevens, zoals:
- naam, domicilie-adres, geboortedatum, verblijfsadres, telefoonnummer en e-mailadres, indien dit al ooit aan een andere hulpverlener is gegeven;
- namen, eventueel geboortedatum en contactgegevens van belangrijke betrokkenen die kunnen of moeten betrokken worden bij de hulpverlening, zoals ouders, broers en zussen en eventueel andere belangrijke personen uit de leefomgeving van de minderjarige;
- welke andere hulpverleners er nog bij de hulpvraag betrokken zijn en hun contactgegevens.
Belangrijk: Een hulpverlener kan niet zomaar contact opnemen met andere hulpverleners. Hij moet dit steeds bespreken met de minderjarige en/of met de ouders.